Delen

- Advertentie (?) -

Leidraad invordering gemeentelijke heffingen 2019

29-03-2022

Wijziging Leidraad invordering gemeentelijke belastingen 1e halfjaar 2022

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Barendrecht heeft het voorstel met nummer 473884 gelezen. Dit voorstel van 28-02-2022 gaat over de wijziging van de Leidraad invordering gemeentelijke belastingen. Het college besluit:

ARTIKEL 1 A Artikel 1.1.1 wijzigt als volgt: In de lijst wordt ‘WHOA Wet homologatie onderhands akkoord’ ingevoegd na Sv. B Aan de derde alinea van artikel 14.2.9 wordt toegevoegd: ‘Bijvoorbeeld als de belastingdeurwaarder administratief beslag als bedoeld in artikel 442, eerste lid, Rv, heeft gelegd op een motorrijtuig of een aanhangwagen, en de geëxecuteerde het motorrijtuig of de aanhangwagen niet heeft ingeleverd, nadat de belastingdeurwaarder hem daartoe twee keer in de gelegenheid heeft gesteld.’ C Na artikel 14.2 wordt een nieuw artikel ingevoegd, dat komt te luiden:

’14.2a. Administratief beslag op motorrijtuigen en aanhangwagens

1. De belastingdeurwaarder neemt zo nodig in het proces-verbaal van inbeslagneming van een motorrijtuig of aanhangwagen op de voet van artikel 442, eerste lid, Rv, een instructie op inzake het afgeven van het motorrijtuig of de aanhangwagen, als bedoeld in artikel 442, eerste lid, onder e, Rv. Daarin vermeldt de belastingdeurwaarder de plaats, datum en het tijdstip waarop het motorrijtuig of de aanhangwagen ingeleverd moet worden.
2. Als de geëxecuteerde het motorrijtuig of de aanhangwagen niet inlevert volgens de in het eerste lid bedoelde instructie, stelt de belastingdeurwaarder eenmalig opnieuw een inlevermoment vast en stelt hij de geëxecuteerde hiervan schriftelijk op de hoogte. De belastingdeurwaarder vermeldt in de schriftelijke kennisgeving in ieder geval de plaats, datum en het tijdstip waarop het motorrijtuig of de aanhangwagen ingeleverd moet worden.’
D De opsomming van artikel 17.1 komt te luiden:

- de gronden van het verzet naar het oordeel van de ontvanger kansloos zijn, en
- de belangen van de Gemeente zich verzetten tegen schorsing van de tenuitvoerlegging.
E Artikel 49.8.1 komt te luiden:

49.8.1. Uitstel in verband met bezwaar tegen een beschikking aansprakelijkstelling
Het beleid voor uitstel van betaling verwoord in artikel 25.2 is van overeenkomstige toepassing:

a. als bezwaar wordt gemaakt tegen de beschikking aansprakelijkstelling;
b. als beroep wordt ingesteld tegen de uitspraak van de ontvanger op het bezwaarschrift tegen een beschikking aansprakelijkstelling, en;
c. als hoger beroep of beroep in cassatie wordt ingesteld tegen een rechterlijke uitspraak.
F De derde alinea van artikel 73.2.2 komt te luiden: Belastingteruggaven met een dagtekening gelegen na de datum waarop de wettelijke schuldsaneringsregeling is geëindigd met een schone lei, die materieel betrekking hebben op een periode vóór de uitspraak van de toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling, zal de ontvanger in beginsel niet verrekenen met de vorderingen die tot een natuurlijke verbintenis zijn getransformeerd. De ontvanger verrekent deze belastingteruggaven alleen als het in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn als de hij de belastingteruggave niet kan verrekenen. Daarvan is in ieder geval sprake als de vordering van de ontvanger, en de belastingteruggaaf zien op dezelfde belasting en hetzelfde tijdvak. G Na artikel 73.3 worden de volgende nieuwe artikelen ingevoegd:

73.3a. WHOA-akkoord (Wet Homologatie Onderhands Akkoord)

73.3a.1. Geldend beleid bij aangeboden WHOA-akkoord

Het beleid in deze leidraad en in de regeling dat ziet op kwijtschelding van belastingen is ook van toepassing op een verzoek om instemming met een akkoord als bedoeld in artikel 370, eerste lid, FW, tenzij daarvan wordt afgeweken in de volgende artikelen.

73.3a.2. Voorwaarden WHOA-akkoord

1. De ontvanger kan instemmen met een aan hem aangeboden akkoord als bedoeld in artikel 370, eerste lid, FW, als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
- het akkoord is schriftelijk aangeboden en voldoet aan de in artikel 375 FW gestelde eisen;
- de ontvanger is in de juiste klasse ingedeeld;
- het is aannemelijk dat het aangeboden akkoord, afgezien van de daarvoor nog te verrichten formaliteiten, door de rechtbank zou worden gehomologeerd.

2. De ontvanger houdt bij de beoordeling van een aan hem aangeboden bedrag in het kader van een akkoord als bedoeld in artikel 370, eerste lid, FW, rekening met de zogenoemde 20%-regel als bedoeld in artikel 374, tweede lid, FW.
3. De ontvanger kan ook instemmen met een aan hem aangeboden akkoord als bedoeld in artikel 370 FW, als dit niet ziet op alle schuldeisers van de belastingschuldige. De ontvanger kan eveneens instemmen met een akkoord als er nog een redelijke mogelijkheid is om een derde aansprakelijk te stellen. Zie in dit verband artikel 73.3a.3.
4. De ontvanger kan instemmen met een aan hem aangeboden akkoord als bedoeld in artikel 370, eerste lid, FW, waarbij een of meer schuldeisers het gedeelte van hun vordering dat niet wordt voldaan, niet kwijtschelden maar omzetten in aandelen. De ontvanger stemt echter niet in met een akkoord als de betaling van het akkoordbedrag aan hem, geschiedt door omzetting van de belastingschuld in aandelenkapitaal of enige andere betalingsvorm van gelijke strekking.
5. Deze regeling is ook van toepassing op belastingaanslagen waarvoor in beginsel geen kwijtschelding wordt verleend.

73.3a.3. Gevolgen homologatie WHOA-akkoord bij instemming
Als de ontvanger instemt met een akkoord als bedoeld in artikel 370, eerste lid, FW, verleent hij kwijtschelding voor het deel van de belastingschuld dat onbetaald blijft, nadat het akkoord tot stand is gekomen dan wel is gehomologeerd en hij het bedrag dat hem op grond van het akkoord toekomt, heeft ontvangen.
De ontvanger kan voor belastingaanslagen waarvoor derden in redelijkheid aansprakelijk kunnen worden gesteld toezeggen dat daarvoor ten aanzien van de belastingschuldige geen verdere invorderingsmaatregelen worden genomen in plaats van kwijtschelding te verlenen. De ontvanger vermeldt in dat geval in de beschikking dat hij zich het recht voorbehoudt om derden aansprakelijk te stellen voor de betreffende belastingaanslagen.

73.3a.4. Gevolgen homologatie WHOA-akkoord zonder instemming

Belastingteruggaven met een dagtekening gelegen na de datum van homologatie van een akkoord die materieel betrekking hebben op een periode waarop het akkoord betrekking heeft, zal de ontvanger in beginsel niet verrekenen met de vorderingen die tot een natuurlijke verbintenis zijn getransformeerd. De ontvanger verrekent deze belastingteruggaven alleen als het in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn als hij de belastingteruggaaf niet kan verrekenen. Daarvan is in ieder geval sprake als de vordering van de ontvanger en de belastingteruggaaf zien op dezelfde belasting en hetzelfde tijdvak. Belastingteruggaven die zijn vastgesteld na homologatie van een akkoord en materieel betrekking hebben op een periode vóór de uitspraak waarin het akkoord is gehomologeerd, zal de ontvanger verrekenen met de vorderingen die tot een natuurlijke verbintenis zijn getransformeerd. H Artikel 73.5.1 wordt als volgt gewijzigd:

1. In de alinea onder het kopje Schuldregelingsovereenkomst wordt in de aanhef 'voor een periode van maximaal 36 maanden' vervangen door 'voor een periode van, in beginsel, maximaal 36 maanden'.

2. Na 'Artikel 26.3.2 is hierbij van overeenkomstige toepassing.' wordt een nieuwe alinea ingevoegd, luidende: De ontvanger kan in bijzondere omstandigheden een langere termijn voor uitstel van betaling toekennen dan 36 maanden. Daarbij gelden als voorwaarden dat de schuldhulpverlener daar schriftelijk om verzoekt en aannemelijk maakt dat sprake is van bijzondere omstandigheden die een langere periode rechtvaardigen en dat de belangen van de belastingschuldige onevenredig worden geschaad als wordt vastgehouden aan de termijn van 36 maanden.
I Na de tweede zin van de tweede alinea van artikel 73.6.8 wordt het volgende onderdeel ingevoegd: Belastingteruggaven met een dagtekening gelegen na de datum van het akkoord die betrekking hebben op een periode vóór de uitspraak van de toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling, zal de ontvanger in beginsel niet verrekenen met de vorderingen die tot een natuurlijke verbintenis zijn getransformeerd. De ontvanger verrekent deze belastingteruggaven alleen als het in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn de belastingteruggaaf niet te kunnen verrekenen. Daarvan is in ieder geval sprake als de vordering van de ontvanger en de belastingteruggaaf zien op dezelfde belasting en hetzelfde tijdvak.

Artikel 2 A Dit besluit treedt in werking met ingang van de 1e dag na die van bekendmaking en werkt terug tot en met 1 april 2021 B Dit besluit wordt aangehaald als: Wijziging leidraad invordering gemeentelijke belastingen 1e halfjaar 2022.

Barendrecht,
Het college van Burgemeester en wethouders,
de secretaris dhr. G.J. Bravenboer
de burgemeester dhr. G. Veldhuijzen

Terug naar het vergunningen overzicht

Details van vergunning


- Advertentie (?) -